Het zal niet vaak voorkomen dat een begraafplaats zodanig wordt misbruikt dat de burgemeester moet ingrijpen. Op 8 juli 2005 heeft de burgemeester van Enschede een 'samenscholingsverbod' uitgevaardigd voor het zogenaamde Boerenkerkhof.

Deze oude begraafplaats uit 1829 lag destijds ver buiten de stadspoort in de hoofdzakelijk agrarische gemeente Lonneker.  Hieraan dankt het ook zijn naam. Tegenwoordig ligt de begraafplaats praktisch midden in de stad, in een drukke winkelstraat.  De begraafplaats is sinds een besluit van 5 april 1954 gesloten, nadat na enig krakeel in 1952 nog eenmaal een begraving had plaatsgevonden  Tegen de sluiting was geen bezwaar, maar wel tegen de vergaande vernielingen en verwaarlozing.  De grote oppervlakte midden in de stad kon goed worden verkocht ten behoeve van een flatbouw, maar de Historische Sociëteit stak hier een stokje voor en kreeg na veel moeite het geheel onder monumentenzorg.

Na vele jaren van touwtrekken was de gemeente bereid om enig onderhoud te plegen en het oude 'kerkhof’ in te richten als stadspark.  Om een lang verhaal kort te houden: een ideale plek midden in de stad, voor zwervers, junks, alcoholisten en mensen met een psychiatrische achtergrond.  Nadat ook nog een jeugdige zwerfster had verkondigd dat zij op het kerkhof zwanger was geraakt (leven en dood zijn één ...), vond de gemeenteraad dat het tijd werd om in te grijpen.

Er is niets nieuws onder de zon. De stad Enkhuizen stelde in de 15e eeuw een boete op het 'colven, clootschieten, of andere wansturigheden, ’t sy ook met steenen te werpen op ’t kerkhof op verbeure van 30 stuyvers.‘  Delftse wetgeving verbood meisjes en vrouwen de toegang tot het kerkhof met het oog op eventueel bedrijven van ontucht.  Niet vreemd, want kerkhofprostitutie is zo oud als de mensheid.  Het beroemde middeleeuws Cimetière des lnnocents (kerkhof voor de 'onnozele kinderen') in Parijs had onder de arcaden van de knekelzolders kamertjes voor de prostituees.  Ook vechtpartijen kwamen voor en wanneer er bloed vloeide, moest de grond opnieuw worden ingewijd.  Zolang deze niet was gewijd, mocht er niet begraven worden en dat had pakhuizen vol lijken tot gevolg.

Wangedrag op begraafplaatsen is wereldwijd niets nieuws.  Maar het openlijk gebruik van drugs weerhoudt de burger van Lonneker het als wandelpark in gerichte oude kerkhof te bezoeken.  De praktijk is de doelstelling volkomen voorbijgeschoten.  Met enig nuchter nadenken had men een dergelijke situatie kunnen verwachten.  Hoe het verder gaat?  Ik zeg het niet!

 

HENK KOK

 

Bron: Vakblad Uitvaart, September 2005